Leef jij of word je geleefd?

Als ik één ding heb geleerd de afgelopen jaren, dan is het dat je gewoon je hart moet volgen. Durven dromen en je dromen waarmaken, zonder zorgen over geld, zekerheid en veiligheid. Genieten van het leven, omdat niemand je morgen heeft beloofd. Het hier en nu koesteren, investeren in jezelf, liefde delen en alle negativiteit achterwege laten. Want zeg nou zelf: stel dat morgen je laatste dag is, dan wil je toch niet dat je je laatste momenten hebt doorgebracht met geschreeuw op je partner omdat hij het huis niet heeft gestofzuigd?

We maken ons zo vaak druk om kleine dingen, dat we vergeten waar het werkelijk om draait in het leven. We geven aandacht aan krasjes op de auto, klusjes in het huishouden en verf op de muren, maar geven ons lichaam en onze geest niet het onderhoud dat ze écht nodig hebben, ruziën om de kleinste dingen met onze omgeving en bouwen muren om ons heen door ons puur te focussen op het typische ‘huisje, boompje, beestje’. Studeren, werken, geld verdienen, het huishouden doen, kinderen verzorgen, partner aandacht geven en hopelijk ’s avonds nog even naar de sportschool; daarna is de dag alweer om. In het weekend doen we boodschappen en zien we af en toe wat vrienden en familieleden. Dat is het dan. We geven de regie uit handen en worden als het ware geleefd in plaats van dat we zelf de regie pakken en leven. Tijd voor jezelf is tegenwoordig vrij schaars. Been there, done that.

Ik was met zoveel dingen bezig, er werd van allerlei kanten aan me getrokken en ik had continu te maken met verwachtingen van anderen waaraan ik zoveel mogelijk probeerde te voldoen. Ik wilde anderen helpen, maar op een gegeven moment merkte ik dat het ten koste ging van mezelf. Het heeft heel lang geduurd voordat ik in staat was die knop om te zetten en me kon focussen op mijn eigen welzijn en mijn eigen leven. Maar uiteindelijk besloot ik dat ik genoeg in anderen had geïnvesteerd en het nu tijd was om mezelf duurzaam op de eerste plaats te zetten, te investeren in mezelf.

Wat ik heb geleerd, is om terug te gaan naar de basis en te kijken naar het grotere plaatje. De zin van het leven. Wat ik wil in het leven. Dat was een moeilijk proces en heeft een paar jaar geduurd, met onderweg hulp van verschillende mensen die me verder op weg hielpen. Uiteindelijk kwam ik uit op een top 10 levensdoelen. 10 criteria waar al mijn keuzes en activiteiten aan moeten voldoen:

  1. Gelukkig zijn én blijven
  2. Nooit meer zorgen of stress
  3. Groeien
  4. Kwalitatieve relaties aangaan
  5. Iets bijdragen
  6. Mijn passie volgen
  7. Vrij zijn en genieten
  8. Geven aan het leven
  9. Blijvend zelfvertrouwen
  10. Mijn ideale baan vinden

Dus begon ik met wat ik niet wil in het leven en ben ik begonnen al die zaken te elimineren. Dat was een heel proces en heeft een paar jaar geduurd, met onderweg hulp van verschillende mensen die me verder op weg hielpen. Uiteindelijk heb ik mijn leven zodanig teruggebracht naar de basis, dat ik veel tijd, geld en energie bespaar op verschillende vlakken van mijn leven. Ik heb besloten te gaan leven in plaats van geleefd te worden.

Quarterlife crisis: wat wil ik nu écht met mijn leven?

Ken je dat gevoel? Dat je je gevangen voelt in je eentonige leven? Dat je niet meer weet wat je met je leven aan moet? Als 26-jarige zit ik er momenteel middenin: ik heb een quarterlife crisis.

Ik heb dan ook besloten dat het niet langer zo kan en besloot aan de slag te gaan. Mij helpt het meestal als ik erover ga schrijven. Op dat moment komt er ineens structuur in mijn hoofd en zie ik de dingen een stuk helderder. Dus dat is wat ik nu aan het doen ben. En dat op de eerste dag van Navratri… Ik word benaderd door mensen die zich druk maken over het feit dat ze vergeten zijn bloemen te kopen en alleen maar gele bloemen hebben om te offeren, “terwijl Durga’s kleur rood is”. Of mensen die vanochtend per ongeluk ei hebben gegeten terwijl Navratri vandaag is begonnen. Of mensen die dachten dat Navratri gisteren begon. “Wat nu?” Paniek, paniek, paniek… Daar zit ik dan, met mijn quarterlife crisis. Mijn thema deze Navratri. Het is tijd om de knopen voor eens en voor altijd door te hakken: wat moet ik nu eigenlijk met mijn leven aan??!

Volgens mij heb ik wel vaker een quarterlife crisis gehad, want ik ben vaak in een periode gekomen dat ik het allemaal even niet meer zag zitten en weer opnieuw mijn koers moest bepalen. Maar dit keer is het menens: sinds donderdagavond zit ik continu te vechten met mijn ademhaling, ik heb steken bij mijn hart, mijn ribben doen pijn, ik heb koorts en het enige wat enigszins helpt, is zowat de hele dag slapen. Vrijdag heb ik me nog gedwongen om vanuit huis te werken, maar zodra het 17:00 uur was, ben ik mijn bed in gedoken om vervolgens even wakker te worden, een film te kijken en daarna pas zaterdag rond 09:00 uur op te staan. Ik moet mezelf dwingen om te eten (en ik ben gewoonlijk een echte foodie) en als het me niet lukt om te slapen, lig ik in bed een film te kijken, in de hoop dat ik me dan wat beter zal voelen.

Mijn leven is eigenlijk ook gewoon supersaai. Ik werk fulltime, heb mijn eigen bedrijf en HindoeDharma.nl daarnaast, doe mijn huishouden, volg drie keer per week yogalessen en ga weleens hardlopen of lange afstanden wandelen. Oh ja, en ik volg de beroepsopleiding Vedische Astrologie. Sinds mijn 16e zijn studeren en werken zowat mijn enige bezigheden in het leven. Met verjaardagen en andere feestjes zie ik nog mijn vriendinnen van de middelbare school, zo eens in de twee maanden spreek ik met een vriendin af en eens in de week bezoek ik mijn ouders. Verder doe ik eigenlijk niet zoveel. Ik ben heel erg op mijn onafhankelijkheid gesteld en ben heel slecht in contacten onderhouden, laat staan relaties. Ik heb dan ook nooit een partner gehad, ben lekker op mezelf en bescherm mezelf zoveel mogelijk tegen de normen en verwachtingen van anderen.

Over het algemeen gaat dat hartstikke goed, zit ik lekker in mijn vel en word ik gedreven door alles wat ik doe en meemaak. Maar op sommige momenten sta ik weer even stil en trek ik mijn hele leven in twijfel. Is dit nog wel wat ik wil? Wil ik wel onafhankelijk zijn of wil ik me toch eens aansluiten bij anderen en meegaan in hun normen en lifestyle? Het zijn de vermoeiendste momenten ooit, en zeker nu, wanneer mijn lichaam ook nog eens aan mijn hoofd zeurt. Af en toe betrap ik mezelf erop dat ik loop te ijlen. Nu ik dit typ, bedenk ik me dat ik volgens mij al een paar weken met een storm in mijn hoofd rondloop en vaker heb lopen ijlen de afgelopen tijd. Bij van alles wat ik meemaak, denk ik weer: “Is dit wel wat ik wil?” Ik praat met anderen zonder te weten wat ik eigenlijk aan het zeggen ben. Mijn hoofd zit vol, mijn lichaam is vermoeid en het wordt allemaal niet veel minder. Ik word zó moe van mezelf!

De afgelopen paar weken kwam ik al snel tot de conclusie dat mijn baan mijn grootste energievreter is. Ik voel mij gevangen in mijn baan. Er is zoveel onduidelijkheid en negativiteit op de werkvloer, ik voel me niet gehoord, word ondergewaardeerd en vernieuwing is na anderhalf jaar nog steeds niet in zicht. Ooit was het een bewuste keuze om de stap te maken van eigen onderneming naar een baan in loondienst. Het was de uitdagende carrièrekans die mij trok. Maar nu ik voel dat mijn leven erdoor stil staat, ik steeds minder zin heb om naar het werk te gaan en weinig motivatie heb om iets uit te voeren, is het tijd voor iets anders. Ik heb de neiging om per direct op te stappen, maar ik weet dat ik dan in een groot gat terecht kom, aangezien ik nog niet weet wat ik dan wél wil. Dus ik heb besloten dan maar vanaf mei uit dienst te gaan. Tegen die tijd hoop ik meer te weten over mijn mogelijke vervolgstap.

Eigenlijk wil ik ook gewoon niet hoeven werken. Ik studeer en werk al tien jaar fulltime. Alles wat ik met mijn carrière wilde bereiken, heb ik eigenlijk al bereikt. Daarbij ben ik zelfs zo ver doorgegaan, dat ik zwaar workaholic ben geweest en een burn-out heb gehad. Het liefst ga ik nu met pensioen hahaha. Had ik het geld maar daarvoor, dan was ik de hele wereld rond gereisd. Hé, daar zeg ik wat. Reizen. Wordt dat mijn volgende stap? Ik heb dan niet zoveel kapitaal, maar kan wel een reisje maken, toch? Ik zou sowieso al drie weken op vakantie gaan en afgelopen week kwam ineens het idee in mijn hoofd om gewoon twee maanden weg te gaan. Zelfs mijn moeder gaf het als suggestie. Misschien moet ik dat gewoon doen. Maar twee maanden klinkt zo kort. Wat moet ik doen als ik terug ben? Stel ik daarmee niet juist mijn quarterlife crisis uit? Of helpt het me juist om erachter te komen wat ik verder met mijn leven wil? Hmm…

Ineens zit ik na te denken over wat ik eerder heb gedaan, bij de vorige keren dat ik een soort van quarterlife crisis had.. Een personal coach ingeschakeld, een 10-daagse vipassana gedaan, 23 dagen rondgereisd in India, een 14-daagse panchakarma-behandeling ondergaan in India. Toch wel steeds vrij grote stappen, als ik er nu zo aan terugdenk. Misschien moet ik het gewoon doen, twee maanden reizen in India en daarna een 10-daagse vipassana volgen. Eerst de storm in mijn hoofd laten uitwaaien in het Himalaya-gebergte, om vervolgens 10 dagen in stilte te bezinnen wat ik eigenlijk verder wil met mijn leven. Wauw, wat een idee! Ik voel mezelf best maf dat ik zo lang met een vol hoofd heb gelopen en de oplossing nu ineens zo simpel lijkt te zijn. Tijdens het typen van dit artikel wordt het ineens een stuk rustiger in mijn hoofd. Het is lang geleden dat ik voor het laatst een artikel heb geschreven, al helemaal zo openhartig. (Ik had dit veel eerder moeten doen. Het doet me goed.)

Dus… lieve mensen, het leven is veel te kort om je zorgen te maken over wat rituelen en gebruiken tijdens Navratri. Richt je liever op het grotere plaatje: wat wil jij met je leven? Wat maakt jou nou écht gelukkig? Wat zou jij nog willen doen?

Morgen heeft niemand mij beloofd, dus ik heb besloten de knoop door te hakken: twee maanden rondreizen in India en daarna de stilte in… Ik ga het gewoon doen!

Ik: Jezelf zijn als ambitieuze jonge vrouw in de huidige maatschappij

Ik. Wie ben ik? Waar sta ik vandaag de dag in deze maatschappij als een Hindoestaanse vrouw? Wat maakt dat ik ben wie ik mag en wil zijn in plaats van wat er van mij verwacht wordt? Is er überhaupt ruimte om mijzelf volledig te kunnen ontwikkelen als een 24-jarige Hindoestaanse vrouw in een maatschappij anno 2016? Dit zijn de vragen die ik mijzelf stel als ik denk aan het thema ‘Jezelf zijn’. In dit artikel ga ik in op de vraag of vrouwen gebrek aan ambities hebben en waarom het zo belangrijk is jezelf te zijn, te blijven en je eigen identiteit te vinden.

Vrouw denkenRisico’s durven nemen
In het artikel ‘Vrouwen moeten zichzelf blijven’ afkomstig uit de Volkskrant (2010) geven vier mannelijke topbestuurders hun mening over het onderwerp en adviseren zij vrouwen zichzelf te blijven. De bestuursvoorzitter van gevestigd advocatenkantoor NautaDutilh, Marc Blom, buigt zich over de vraag waarom vrouwen naar de top afhaken. Volgens hem worden er al jaren meer vrouwelijke dan mannelijke juristen aangenomen. Bij de vraag wie geschikt is als partner, komen er aanzienlijk minder vrouwen naar voren stappen. Volgens Blom hoeven vrouwen zich niet als mannen te gedragen om een kans te maken op carrièrevlak. Er zijn wel aandachtspunten waar vrouwen verandering in kunnen brengen. Zijn advies luidt: ‘Vrouwen moeten meer voor zichzelf opkomen, laten zien waarvoor ze staan en waar ze naartoe willen’. Als voorbeeld schetst hij werkscenario’s bij NautaDutilh. Bij uitdagende en risicovolle opdrachten steken mannen hun hand op, terwijl vrouwen alleen opdrachten aannemen waarvan ze zeker zijn dat ze deze kunnen volbrengen. Als zich een situatie voordoet waarbij ze kunnen strijden, reageert de vrouw met ‘neem jij hem maar’. Er is geen besef bij hen dat zij meer respect kunnen afdwingen als ze hun nek uitsteken.((Vos, C. (2010). “Vrouwen moeten zichzelf blijven”. De Volkskrant. Bezocht op 13 januari 2016.))

Uit een promotieonderzoek aan de Amerikaanse Stanford University van Susan Fisk blijkt dat vrouwen meer stress ondervinden aan risicovolle situaties en daardoor minder presteren. Aan een online panel van proefpersonen werd gevraagd wat zij in risicovolle situaties zouden doen en hoe zij zich zouden voelen. Dezelfde proefpersonen werden achteraf getest om na te gaan hoe angstig zij waren. Uit de resultaten bleek dat het angstniveau van mannen geen verschil bracht wanneer zij zich in risicovolle of niet-risicovolle situaties begaven. In tegenstelling tot het angstniveau bij vrouwen, zou dit in risicovolle situaties 14% hoger zijn dan in situaties zonder risico’s. Tijdens twee vergelijkingsexperimenten met mannelijke en vrouwelijke respondenten werd onderzocht wat de invloed van gokken is op het kiezen van de juiste antwoorden in vragenlijsten. Uit beide experimenten kwamen dezelfde resultaten. Bij het experiment zonder gokken scoorden de vrouwen haast hetzelfde als de mannen. Dit in tegenstelling tot het experiment waarbij er gegokt moest worden: hier scoorden de vrouwen namelijk een stuk slechter. Volgens Susan Fisk presteren vrouwen slechter door de stress die zij in deze risicovolle situaties ondervinden. Vrouwen vermijden hierdoor risicovolle situaties. Fisk concludeert: ‘Dit alles kan verklaren waarom er zo weinig vrouwen in topposities zitten, want risicovolle opdrachten aanvaarden en succesvol afronden leidt vaak tot promotie.'((Fisk, S.R. (2015).  “Risky spaces, gendered places: how intersecting beliefs about gender and risk reinforce and recreate gender inequality”. Stanford University, Dept. of Sociology. Bezocht op 8 januari 2016.))

vrouw metroSociaaleconomische verschillen
Aan de universiteit van Chicago((Turner, R.H. (1964). “Some aspects of women’s ambition”. American Journal of Sociology, Vol. 70, No. 3, pp. 271-285. Bezocht op 8 januari 2016.)) is er onderzoek gedaan naar de aspecten van ambities van vrouwen. De studie werd uitgevoerd onder 1441 bijna afgestudeerde vrouwen op hogescholen in Los Angeles. Er wordt consistent aangetoond dat de ambities van vrouwen op sociaaleconomisch vlak lager liggen dan die van mannen.((Turner, R.H. (1964). “Some aspects of women’s ambition”. American Journal of Sociology, Vol. 70, No. 3, pp. 271-285. Bezocht op 8 januari 2016.)) Volgens het Nationaal Kompas Volksgezondheid houdt de sociaaleconomische status in: ‘de positie van mensen op de maatschappelijke ladder met het daaraan verbonden aanzien en prestige. Sommige mensen nemen een lagere positie in op de maatschappelijke ladder en anderen een hogere. Naarmate mensen over meer of minder kennis, arbeid en bezit beschikken, nemen zij een hogere of lagere positie in de maatschappij in.'((Verweij A (RIVM). (2010). “Wat is sociaaleconomische status? Volksgezondheid Toekomst Verkenning”, Nationaal Kompas Volksgezondheid. Bezocht op 8 januari 2016)) Hoewel vrouwen op de middelbare school beter presteren, zijn ze minder snel geneigd om verder te studeren. De ambities van vrouwen zijn beperkt tot een aantal beroepscategorieën met weinig ambitie voor hogere beroepen of zakelijke posities. Allereerst zijn er vlakken waarop een vrouw dezelfde ambities kan nastreven als de man, bijvoorbeeld het volgen van een opleiding. Daarnaast zijn er vlakken waarbij een vrouw wel of niet mag kiezen om een bepaalde ambitie na te streven voor zichzelf. Wanneer vrouwen wordt gevraagd naar beroepsgerichte ambities, zijn er een paar vrouwen die carrièredoelen hebben op dezelfde manier als mannen – een aantal vrouwen hebben deze ambities minder of helemaal niet. Tenslotte zijn er bepaalde doelen die vrouwen willen bereiken in hun sociale leven waarbij zij graag een partner in hun leven willen hebben, zoals het hebben van een gezin. Dit geldt overigens niet voor alle vrouwen. Ieder van deze vlakken vormen een barrière in de conceptualisering en meting van ambitie.((Turner, R.H. (1964). “Some aspects of women’s ambition”. American Journal of Sociology, Vol. 70, No. 3, pp. 271-285. Bezocht op 8 januari 2016.))

Ambitieuzer worden over ambities
In het artikel ‘Hebben vrouwen gebrek aan ambitie?’ van Anna Fels wordt de titel bediscussieerd en worden voorstellen gedaan hoe dit kan worden tegengegaan. Wat is er nu zo beangstigend aan ambities? Eén van de verborgen beperkingen voor vrouwen en hun ambities is dat zij allereerst de erkenning willen krijgen van anderen. Vrouwen krijgen anno 2016 betere kansen dan ooit om hun doelen na te streven maar het werkelijke nastreven wordt achteraf sociaal gedoogd wanneer zij de behoeften van hun familieleden hebben vervuld. Het idee ontstaat dat door ambitieus te zijn, zij hun vrouwelijkheid ondermijnen in de ogen van de mensen om hun heen. Fels noemt een aantal suggesties over hoe vrouwen ambitieuzer kunnen worden. Dit zijn:

  • Organiseer: laat vrouwen zich verenigen en elkaar aanmoedigen de arbeidsmarkt op te gaan
  • Structureren van erkenning: op basis van vaardigheid, talent en werk
  • Realiseer je dat het nooit te laat is: als sociale wezens hebben wij constant erkenning nodig en is het nooit te laat om je ambities te hervormen((Fels, A. (2004). “Do women lack ambition?”. Harvard Business Review. Bezocht op 8 januari 2016))

Blijf jezelf
Ambitieus zijn mag, maar wees vooral jezelf. Vergeet niet dat het vinden van je eigen identiteit het belangrijkste doel moet zijn en blijven. In een roerige maatschappij zoals deze is het nodig ambities te hebben en ernaar te streven, maar we moeten vooral niet onszelf vergeten. Invloeden van buitenaf, de politiek, (social) media en prikkels in de samenleving kunnen ervoor zorgen dat meningen hervormd worden en dat wij anders naar bepaalde dingen gaan kijken. Het is vooral belangrijk hoe jijzelf in de maatschappij staat en wat je naar buiten brengt, dus hoe presenteer jij jezelf en als wie? Als je eenmaal begint met het behalen van bepaalde doelen of het nastreven van ambities, wil je uiteindelijk succesvol zijn. Belangrijker is echter wat we leren tijdens het nastreven van onze ambities en de ervaring die we mee krijgen. Uiteindelijk gaat het ons om het krijgen van herkenning, erkenning en waardering!

Een wereld vol verwachtingen

Sinds ik terug ben van een 10-daagse vipassana-meditatie vraag ik me continu af wie ik eigenlijk ben, wat ik belangrijk vind, wat mijn talenten zijn en welke dromen ik wil waarmaken.

In de dagelijkse jungle komt er van alles op me af. Er zijn zoveel mogelijkheden, uitdagingen en keuzes die ik moet maken. Tegelijkertijd heb ik familie, vrienden, opdrachtgevers en mensen uit de hindoegemeenschap die verwachtingen van mij hebben.

Langzamerhand ben ik erachter gekomen dat ik mijn leven altijd heb laten leiden door al die verwachtingen, en dat ik de ander altijd voor mezelf heb gesteld. Ik ben hele dagen bezig verwachtingen van anderen waar te maken en mijn eigen ik, talenten en dromen op de achtergrond te schuiven.

Ik houd mezelf gevangen en gespannen in een wereld van verwachtingen. Soms merk ik dat ik ook onmogelijke dingen van mezelf verwacht. Fulltime werken, de stichting in mijn eentje managen, workshops en cursussen geven… en ondertussen nog sociaal zijn, sporten en gezond eten.

Maar als ik dan weer even mediteer, ontdek ik weer hoe lekker het voelt om mezelf vrij te maken van al die verwachtingen. Het is dan weer duidelijk: die eerste stap moet worden gezet, en mijn gevoel zegt dat ik er tussenuit zal moeten gaan om die stap te nemen. Anderzijds is er een sterke droom die een praktische actie vereist om het waar te kunnen maken.

Daar zit ik weer voor een wolkenveld, terwijl de hemel er zo helder en kleurrijk uitziet…

Me-time: je eigen regie terugeisen

Ken je dat gevoel? Dat gevoel dat je moe bent en geen nachtrust je meer op de been lijkt te helpen? Dat gevoel dat je een bandje aan het afdraaien bent waar geen einde aan komt? Dat gevoel dat je leeft maar geen toon, kleur of geur van het leven je meer bij blijft?

Het is een gevoel dat me steeds weer overkomt. In het dagelijkse ritme van werken, drukte en verantwoordelijkheden lijk ik mezelf op den duur steeds weer even kwijt te raken. Steeds vraag ik mezelf weer af: “Is dit mijn leven? Werken, koken, het huishouden doen, dingen voor de stichting doen en contacten onderhouden met familie en vrienden?” Buiten is er zoveel te beleven. Op Facebook lees ik dat mensen naar feesten gaan, op wereldreis naar mooie bestemmingen en elke dag iets nieuws beleven. En ik zit hele dagen in huis, te werken achter de laptop, te researchen in boeken en telefoongesprekken te voeren met opdrachtgevers, respondenten en mensen met problemen. Soms voel ik me een slaaf van mijn eigen gewoonten. Alsof ik mezelf heb verwikkeld in allerlei verantwoordelijkheden en er geen uitkomen meer aan is.

Niet dat ik er spijt van heb hoor; soms heb ik gewoon van die periodes dat de “egoïstische” persoon in mij wat “me-time” komt opeisen en ik niet weet wat ik ermee aan moet. Dat kind in mij voelt zich vergeten en wil aandacht, en de volwassen ik weet domweg niet wat ze met dat kind aan moet. Soms heb ik zin om al mijn werkzaamheden te laten voor wat ze zijn en gewoon te gaan touwtje springen, wat aasana’s te beoefenen of in het zuiderpark te mediteren. Maar als ik dan mijn schoenen aan heb om naar de Bart Smit te lopen om een springtouw te kopen en net de deuropening uit ben, denk ik bij mezelf: “Nee, dit is raar. Het is een doordeweekse dag: ik moet niet als een klein kind doen; ik moet gewoon gaan werken.” Zo gaat dat elke keer als ik iets leuks wil doen: ik verwaarloos mijn eigen innerlijke kind.

Dát is iets waar ik wél regelmatig spijt van heb. Sinds vorig jaar doe ik dan ook al meerdere pogingen om dat patroon te doorbreken. Regelmatig heb ik korte periodes dat ik genadeloos het roer omgooi om me-time te creëren. Mijn leven detoxeren en minimaliseren is me al aardig gelukt, maar ik ben er nog niet. De laatste maanden ben ik bezig een balans te zoeken in mijn primaire levensgebieden (stichting, werk, privé en ik). Ik ben ermee aan het experimenteren. Soms meer gewicht op het ene gebied, soms wat meer op het andere. In februari gooide ik de balans dan voor het eerst helemaal op het “ik-gebied”: 2 weken afstand nemen van mijn (vertrouwde) omgeving en in stilte mediteren. Tijdens die twee weken besefte ik me weer hoe belangrijk het eigenlijk is om mijn innerlijke kind aandacht te schenken en te voeden. Ik laadde mezelf weer op en keerde daarna terug naar de “normale” wereld.

Dat terugkeren kostte me in het begin veel moeite. Ik had de behoefte om alleen nog maar met mijn eigen ontwikkeling bezig te zijn. Mediteren en opgaan in mooie ervaringen. De lentebloemen in het gras, sneeuwvlokken, regen en zelfs de gekleurde prijskaartjes bij de Lidl brachten een glimlach op mijn gezicht. De wereld was ineens zo prachtig! Maar hoe meer ik terugging naar het “normale” ritme, hoe meer ik mezelf daarin verloor en daarmee ook de pracht van de wereld om me heen.

Inmiddels ben ik weer op zo’n moment gekomen dat mijn innerlijke kind me om aandacht vraagt. Maar nu ik me bewust ben van die vicieuze cirkel waarin ik zit, besluit ik de ketens te doorbreken. Dit keer besluit ik te luisteren en het de aandacht te schenken die het nodig heeft. Mijn opdrachtgevers kunnen wel even wachten. Het is nu tijd om de regie van mijn leven weer in eigen handen te nemen. Het is tijd voor me.

Licht in het hindoeïsme

Licht neemt een belangrijke plaats in in het hindoeïsme. Licht symboliseert Brahman((Auteur onbekend (2012) Upanishad Anka. Gorakhpur, India: Gita Press, p 433 (Chandogyopanishad 3.13.1-8).))((Egenes, T. & Reddy, K. (2002) Eternal Stories from the Upanishads. New Delhi, India: Smriti Books, pp 5-7.)), de ziel((Auteur onbekend (2012) Upanishad Anka. Gorakhpur, India: Gita Press, p 433 (Chandogyopanishad 3.13.1-8).)), de goddelijke gedaantes((Auteur onbekend (2012) Upanishad Anka. Gorakhpur, India: Gita Press, p 409 (Shvetaashvataropanishad 6.14).)), goddelijkheid((Auteur onbekend (2012) Upanishad Anka. Gorakhpur, India: Gita Press, p 409 (Shvetaashvataropanishad 6.14).)), zuiverheid((Auteur onbekend (jaartal onbekend) The Bhagavad Gita (code 455). Gorakhpur, India: Gita Press, p 67-68.)), gelukzaligheid((Auteur onbekend (jaartal onbekend) The Bhagavad Gita (code 455). Gorakhpur, India: Gita Press, p 67.)), de zon((Auteur onbekend (2012) Upanishad Anka. Gorakhpur, India: Gita Press, p 409 (Shvetaashvataropanishad 6.14).)), vuur((Auteur onbekend (2012) Upanishad Anka. Gorakhpur, India: Gita Press, p 409 (Shvetaashvataropanishad 6.14).)), verlossing((Auteur onbekend (jaartal onbekend) The Bhagavad Gita (code 455). Gorakhpur, India: Gita Press, p 67-68.)), verlichting((Auteur onbekend (jaartal onbekend) The Bhagavad Gita (code 455). Gorakhpur, India: Gita Press, p 67-68.)), voorspoed((Auteur onbekend (jaartal onbekend) The Bhagavad Gita (code 455). Gorakhpur, India: Gita Press, p 67-68.)), kennis((Auteur onbekend (jaartal onbekend) The Bhagavad Gita (code 455). Gorakhpur, India: Gita Press, p 67-68.))… Volgens het hindoeïsme is licht de energie van Brahman die al het gunstige in deze wereld heeft doen ontstaan((Auteur onbekend (2012) Upanishad Anka. Gorakhpur, India: Gita Press, p 409 (Shvetaashvataropanishad 6.14).)). Het hindoeïsme leert ons dan ook dit licht in ons leven te integreren.

Wanneer we licht aanmaken, gaat het donker weg en dat is precies de bedoeling van de hindoeleer. Door middel van richtlijnen geeft het ons continu handvatten om het duister in ons leven te verdrijven en onszelf en ons leven daarmee te verlichten. Dat zien we met name terug in de verhalen die ons op eenvoudige wijze laten zien hoe het Goddelijke op aarde is verschenen, als het licht dat het duister (de demonen) vernietigt en daarbij vele leringen meebrengt om ons innerlijke zicht (bewustzijn) aan te wakkeren. In onze rituelen brengen we dit tot uiting door lichtjes te branden voor de beelden van de goddelijke gedaantes, zodat we een beter zicht kunnen hebben van het Goddelijke en zijn kwaliteiten en attributen. We brengen niet alleen licht als offers maar gebruiken licht ook om offers aan het Goddelijke te brengen. Dit doen we in de vorm van Agni (vuur), waar wij tijdens de havana de offers in plaatsen onder begeleiding van mantrarecitatie. Dit vuur is hetzelfde vuur als het zonlicht, de elektriciteit en het spijsverteringsvuur dat wij dagelijks ervaren. Zo heeft het licht vele kwaliteiten en vormen, waardoor het ons gehele leven doordringt en wij niet zonder kunnen.

Volgens de hindoeleer is licht (met name in de hoedanigheid van vuur) dan ook een verschijnsel dat altijd dient te overwinnen. Om deze reden behoren wij vuur niet uit te maken. Met het branden van vuur wordt gunstigheid aangeroepen en met het uitmaken van vuur roepen wij duisternis op ons af. Om deze reden horen hindoes bijvoorbeeld ook geen kaarsen uit te blazen op hun verjaardag. Het uitblazen van kaarsen wordt geassocieerd met het uitblazen van de levensjaren.

Huisje, boompje, beestje

Als jonge vrouw ben ik op een leeftijd beland dat mij bij elke familiegelegenheid wordt gevraagd wanneer ik ga trouwen. Dat gedoe begon al op mijn zestiende, “omdat ik de oudste kleindochter van mijn nana en nani ben”. Zeker sinds ik zo actief met de stichting bezig ben, op mijn eigen vrijheid ben gesteld, vegetariër ben en later veganist ben geworden, merk ik dat mijn familieleden bang zijn dat ik geen matchende partner vind. Sommige familieleden doen er zelfs zo dramatisch over, dat ze denken dat ik niet gelukkig kan zijn zonder partner. En ik? Ik ben er totaal niet mee bezig.

Volgens de maatstaf van de maatschappij zou ik me nu doodongelukkig moeten voelen. Allerlei mensen die ik misschien drie keer per jaar zie willen zich op de een of andere manier met mijn leven bemoeien. Ze willen ook vooral graag iets vinden van mij en schromen niet om me dat te zeggen. “Je bent goed bezig hoor voor de maatschappij, maar niemand gaat met je willen zijn als je zo door blijft gaan met die stichting van je.” “Veganist?! Waar vinden we nu een Hindoestaanse veganist voor je??” “Met jouw manier van leven zul je nooit een partner vinden. Je zult toch van je ideeën af moeten stappen.” Vroeger kon ik me ontzettend ergeren aan dit soort opmerkingen, maar tegenwoordig kan ik er erg om lachen. Ik vind het bijzonder dat velen denken dat ik gelukkig kan zijn als ik mijn geloof, principes, identiteit en leefwijze opgeef om mijn leven te kunnen doorbrengen met een wildvreemde man.

Begrijp me niet verkeerd hoor. Dat “huisje, boompje, beestje” is vast leuk en aardig. Er zullen ongetwijfeld ook veel mensen gelukkig zijn door in dit patroon te leven en aan de standaarden van de maatschappij te voldoen. Maar voor mij hoeft dat allemaal niet, en zeker niet ten koste van mezelf. Ik heb geen partner of kinderen nodig om gelukkig te zijn. Ik heb veel meer behoefte aan tijd en aandacht voor mezelf, mijn eigen ontwikkeling en genieten van het leven zoals dat komt. Rust nemen, tot jezelf komen en genieten van je eigen gezelschap betekent niet dat je je leven en geluk op stop zet. Het betekent gewoon dat je je leven respecteert en accepteert zoals het komt, dat je tevreden bent met wie je bent en wat je van het universum mag ontvangen. Ik kies er liever voor om mijn geluk en leven niet afhankelijk te stellen van een ander of iets dat buiten mij staat. De afgelopen jaren heb ik zoveel getwist met mijn leven, dat ik op een gegeven moment heb besloten om gewoon het leven te plukken. Als ik ooit doodga, wil ik lachend kunnen terugkijken op mijn leven en kunnen zeggen: “Ik ben mezelf gebleven, ik heb geleefd en ik heb genoten.”

En wie weet wil ik uiteindelijk zelf wel in het hokje “huisje, boompje, beestje” passen. Maar dat zie ik wel als het op mijn pad komt en ik er zelf aan toe ben…

Lost God je problemen op?

Er zijn problemen met mijn financiën, ik zit niet lekker in mijn vel, mijn relatie dreigt stuk te lopen, ik kan geen baan vinden… Ik denk dat ik Shani graha heb of iemand zwarte magie op mij heeft gebruikt. Er zit een ampuku in mij waardoor ik negativiteit aantrek. Ken jij een pandit die mij hiermee kan helpen? Misschien een astroloog, helderziende of ojha? Eigenlijk vertrouw ik geen pandits. Weet jij wat voor mantra mij kan helpen?

Wanneer we in moeilijke situaties zitten of veel te maken krijgen met tegenslagen, denken we vaak al snel aan entiteiten en andere negatieve energieën die ons en ons leven beïnvloeden. Logischerwijs zoeken we dan naar een oplossing om zo snel mogelijk van die negatieve invloeden af te komen. Sommige mensen benaderen dan een pandit, ojha, astroloog of helderziende. Op de radio, in kranten en via flyers wordt er veel reclame gemaakt dat deze mensen je van je problemen af kunnen helpen met een gelukssteen, tabeeja of hun vermeende gaven. Echter geven veel hulpbehoevenden aan dat deze diensten ze honderden tot duizenden euro hebben gekost en de problemen er nog steeds zijn. Mijn advies is dan ook om niet naar zulke mensen te gaan. Mijn overtuiging is dat als het Goddelijke ons tegenslagen heeft gegeven, hij ons ook de kracht heeft gegeven om deze tegenslagen te verminderen.

Ik heb in het verleden veel tegenslagen gehad en het heeft heel lang geduurd voordat ik uiteindelijk tot deze overtuiging ben gekomen. Mijn leven voelde als een hel en net als vele anderen dacht ik dat de problemen wel zouden oplossen als ik veel bad en rituelen verrichtte. Een jaar lang heb ik drie keer in de week uitgebreid puja gedaan, waarna ik ben overgestapt op kortere puja’s die ik jarenlang dagelijks heb voortgezet in combinatie met mantra jaapa en chalisa paatha. Ondanks het gevoel dat mijn liefde voor het Goddelijke was gegroeid, waren mijn problemen er nog steeds. Na mijn verhuizing naar Den Haag ben ik begonnen naar de mandir te gaan. In het begin alleen tijdens de hoogtijdagen en later maandelijks, waarna ik al snel vrijwilliger werd. Uiteindelijk zat ik bijna iedere week in de mandir. Maar mijn problemen verdwenen niet; ze werden zelfs groter. Ik werd lastiggevallen door mensen van de mandir en mijn naam werd door het slijk gehaald. Daarop besloot ik niet meer naar de mandir te gaan.

Het moment dat ik “verjaagd” was uit de mandir, was voor mij mijn wake up call. Die mandir bleek niet een plek waar je oplossingen vindt voor problemen. Ik besefte me toen pas dat het juist een plek was waar men religie gebruikte om mensen emotioneel en financieel uit te buiten. Vanaf dat moment ben ik nooit meer naar een mandir gegaan, heb ik nooit meer contact gezocht met pandits en heb ik geen rituelen meer verricht om oplossingen te vragen voor mijn problemen. Ik heb alleen maar diya’s gebrand om kracht en bescherming te vragen. Verder mediteerde ik dagelijks twee keer een half uur en begon ik steeds bewuster te leven. Hoe bewuster ik ben gaan leven om in harmonie te komen met mezelf en de wereld om me heen, hoe meer de problemen zich vanzelf oplosten en hoe minder tegenslagen ik kreeg. In de zeven jaar dat ik praakritik rituelen verrichtte, waarvan vier jaar me ook nog eens intensief inzette voor een mandir, heb ik nooit zoveel vooruitgang geboekt in mijn leven als in de twee jaar dat ik het Goddelijke daadwerkelijk buiten mandirs en murti’s in alles probeer te zien, bewust leef en mediteer.

Ik citeerde swami Vivekananda vaker met zijn quote “Alle krachten van het universum zijn al van ons; het zijn wij die onze handen voor onze ogen houden en huilen dat het donker is”, maar nu pas besef ik de ware betekenis hiervan. Hij heeft gelijk: de krachten om onszelf te helpen zijn werkelijk binnen ons eigen handbereik. We moeten er alleen zelf gebruik van (willen) maken. Persoonlijk vind ik de gevestigde orde van pandits, mandirs, murti puja en havana een mooie traditie maar ik zie ook vaak dat men zich op verschillende vlakken afhankelijk gesteld van dit systeem. Helaas heb ik dat zelf ook jarenlang gedaan. Maar misschien is die afhankelijkheid ook wel de reden dat er zo makkelijk misbruik wordt gemaakt van mensen die behoefte hebben aan (religieuze) hulp. Als ik iets hieruit heb geleerd, is dat wel dat het Goddelijke altijd en overal aanwezig is en ons helpt, maar we wel oprechte pogingen moeten doen om dat ons ook daadwerkelijk te realiseren.

Minimaliseer je leven

Vlak voor kerst had ik dan eindelijk even vakantie. Een periode om weer lekker helemaal tot mezelf te komen; vrij van alle drukte en hectiek. Maar van één ding was ik niet vrij: rommel. Wat kan een mens veel rommel hebben! Dat moest veel minder. Want zeg nou eerlijk: minder spullen maakt je leven toch gelukkiger? Daarom ben ik inmiddels begonnen met een grote opruiming.

Patanjali had het allang beschreven in zijn Yoga Sutra’s als gedragsregel in de yogaleer: aparigraha, afstand van bezit. Of anders gezegd: niet meer tot je nemen dan je nodig hebt. Minimalisme is het kernwoord! Als je nog niet genoeg spullen hebt om in je primaire behoeften te voorzien, dan is het zinvol om spullen toe te voegen. Maar als je alles hebt wat jou gelukkig maakt, kan het toevoegen belastend worden. Voor jezelf, voor anderen, maar ook bijvoorbeeld voor het milieu. Er is nu eenmaal een grens van ‘genoeg’. De vele kleding die je niet draagt, overbodig keukengerei, schriften van de basisschool, oude knuffels, je poppenwagen en ander speelgoed van vroeger… Ik had serieus alleen al 15 kg aan oude kleding liggen. Om dat te maken, is gemiddeld zo’n 150.000 liter water gebruikt, om nog maar te zwijgen over de lasten qua energie, bestrijdingsmiddelen, verf en CO2-uitstoot.

Het feit dat ik zoveel spullen had die ik niet gebruikte en ook nooit meer zou gebruiken, bracht me tot het besef dat ik meer dan genoeg spullen had. Misschien wel zes keer zoveel als ik nodig heb. En alles wat ’te’ is, is niet goed. Makkelijk gezegd, maar nu moest ik aan de slag… Dat was best zwaar. Alsof ik niet mijn huis en schuur aan het opruimen was maar mijn eigen geest. Het was vermoeiend, riep allerlei gedachten op en ik moest continu moeilijke keuzes maken. “Kill your darlings,” zoals mijn docent Journalistieke Vaardigheden dat noemde. Maar ik wilde het per se doen, het liefst dezelfde dag nog. Ik kreeg het gevoel dat opruimen de eerste stap naar een simpeler leven was. Daar moest ik moeite in stoppen! En met succes: na een middagje stond een kwart van mijn spullen klaar om weggedaan te worden. Ik besloot alles te doneren aan goede doelen. Dat werkte heel geestverruimend. Minder onnodige spullen en meer spullen die me blij maken. Magisch, alsof er een heerlijk vakantiewindje door mijn huis en schuur waaide.

Na deze ervaring heb ik besloten dit voort te zetten: te blijven opruimen en afstand te nemen van dingen die niet nodig zijn voor mijn levensgeluk. De spullen die overblijven, brengen me werkelijk geluk, dat ik van binnen ervaar. Purnasya purnamaadaaya purnamevaavashishyate. Trek volmaakt af van volmaakt; wat overblijft is volmaakt. Dat maakt het alle moeite waard en leidt me steeds meer naar binnen, waardoor ik er steeds intenser van kan genieten. Ik ga nu zelfs een stapje verder, want overbodige spullen komen mijn huis en schuur niet meer in en de voorraadkast en vriezer gaan eerst leeg voordat ik deze aanvul. “Minimaliseer je leven” is mijn nieuwe missie geworden. Eenvoudiger leven en beter genieten; ik ga ervoor!

Mijn reis van pijn naar plezier

Vandaag kijk ik terug naar een reis die inmiddels al tien jaar duurt. Een proces dat niet alleen mijn zoektocht naar antwoorden met betrekking tot het hindoeïsme markeert maar ook mijn persoonlijke ontwikkeling. HindoeDharma.nl bestaat vandaag precies 10 jaar, waarvan 1 jaar als officiële stichting.

Ooit begonnen als klein blogje om voor mezelf informatie te ordenen over de Hindoestaanse cultuur, Bollywood en het hindoeïsme. Wie had gedacht dat dat blogje zou uitgroeien tot zo’n uitgebreide en bekende website? Het is een ambitie die ik nooit heb gehad, een ontwikkeling die ik me zelfs niet in mijn dromen had voorgesteld en een uit de hand gelopen hobby die vandaag het enige onafhankelijke platform voor hindoeïsme in Nederland is. Ik kijk niet alleen terug naar de enorme ontwikkeling en vele mijlpalen die ik heb mogen bereiken, maar ook naar de vele worstelingen waarmee ik te maken heb gehad. Je zou denken dat een studie van het hindoeïsme en het delen van kennis helemaal niet zo zwaar is. Je leert Hindi, gaat in de leer bij pandits, leest wat geschriften, maakt een website en al snel ben je in staat allerlei artikelen te publiceren. Maar voor mij is dat pad niet over rozen gegaan. Ik was namelijk een meisje en geen brahmana. Pandits wilden mij niets uitleggen en ook mijn (“brahmana”) familieleden konden of wilden hun kennis niet met mij delen. Ik besloot dus maar zelf op zoek te gaan, op eigen kracht.

Het is voor mij een lange, moeizame weg geweest. De worstelingen met mezelf en mijn leven waren niet makkelijk. Ik zat nog steeds in de knel vanwege de pesterijen op de basisschool en nu kreeg ik ook nog op mijn kop van familieleden die moeilijk deden over mijn zoektocht. “Meisjes mogen niet de geschriften bestuderen en zich verdiepen in het hindoeïsme.” Dat stelde me teleur en deed me ook verdriet als gevoelig type, maar ik besloot toch verder te gaan. Het was natuurlijk ook wel spannend om een geheim te ontrafelen dat alleen “brahmana” mannen mochten weten. Al snel kwam ik in contact met enkele personen die mij er meer over konden vertellen, graag hun kennis deelden en me op weg hielpen tijdens mijn zoektocht. Door de jaren heen heb ik ze vaak lastiggevallen met vele vragen en daar gaven ze heel logische en onderbouwde antwoorden op. Dankzij hen heb ik zelfs de basis van de karmakaand geleerd. Maar toen mijn blog (waarop ik die kennis deelde) bekender werd, kreeg ik te maken met negativiteit van anderen. Hoe durfde ik als meisje de geschriften te bestuderen en te prediken over het hindoeïsme?!

Jaren hebben mensen mij geprobeerd omlaag te halen en zwart te maken. Ik kreeg ook veel bedreigingen, dat men mij wel wist te vinden en me zou vermoorden of verkrachten. Het was niet elke dag of week, maar zeker wel een paar keer in de maand. Ik werd er bang van en kon ’s nachts vaak niet slapen. En dat als 15-jarig meisje… Emotioneel zat ik nu nog meer in de knel. De dreigtelefoontjes en -mails hadden een grote impact op mij en ik werd er ook erg bang van. “Pas maar op dat je niet voor de trein wordt geduwd die je elke maandag om 7:08 uur neemt op Den Haag Centraal,” luidde één van de bedreigingen. Wekenlang keek ik elke maandagochtend om me heen of er geen verdachte personen waren die dat zouden doen. Ik was doodsbang! Maar gelukkig waren er veel meer mensen die mijn werk wél waardeerden en er erg blij mee waren. Daar maakte een wijs persoon mij bewust van. Mijn website had gemiddeld 550 bezoekers per dag en veel mensen reageerden ook heel enthousiast op mijn artikelen. Daar heb ik veel positieve energie uit gehaald, waardoor ik toch kon doorzetten.

Het mooiste resultaat is misschien wel dat ik merkte dat anderen, en zelfs pandits, mijn werk begonnen te gebruiken. Zo deelden mensen mijn artikelen onder hun eigen naam op Hyves en deden zij alsof ze het zelf hadden geschreven. Ook enkele pandits gebruikten mijn artikelen in lezingen op de vyaasa. Verder moet ik elke keer weer stiekem glimlachen als ik een pandit met mijn boek Antyeshti zie zitten en daaruit mantra’s zie reciteren. Ook op andere gebieden blijk ik een voorbeeld. Toen ik in 2009 een mandironderzoek startte, begon een andere hindoewebsite in nog geen week daarna een eigen mandironderzoek. Toen ik een nieuw logo en nieuwe website creëerde, deed diezelfde organisatie dat voor zijn eigen website. Als ik de lay-out van mijn website veranderde, deed hij dat ook. Inmiddels heeft zijn website dezelfde lay-out, hetzelfde soort artikelen en zelfs hetzelfde lettertype als HindoeDharma.nl. Toen ik afgelopen november een Divali-workshop organiseerde, deed een organisatie datzelfde, in hetzelfde weekend. Ik publiceerde onlangs mijn artikel Voornemens werken niet en enkele dagen later verscheen er een publicatie met exact hetzelfde onderwerp. Een meer dan toevallig samenloop van activiteiten die sterk doen denken aan de Chinese copycatindustrie van 20 jaar geleden. Zelf blijf ik gewoon de koers uitzetten en voorop lopen. Met de dankbaarheid van vele volgers.

Ik ben blij dat ik anderen continu mag inspireren en voel me vereerd dat ik als voorbeeld mag dienen voor zelfs mensen die zich pandit noemen. Dat geeft hoop om de gevestigde orde te veranderen en daarmee de kennis van het hindoeïsme toegankelijk te maken voor een ieder. Op jonge leeftijd heb ik met mijn werk een zaadje mogen planten voor de maatschappij om te groeien en uiteindelijk vruchten te werpen. Daar ben ik trots op en ik hoop dat nog meer mensen HindoeDharma.nl zullen steunen, zodat wij de hindoeleer nog meer en beter met elkaar kunnen delen en ook kunnen meegeven aan volgende generaties.